De meeste veggieburgers zijn ultrabewerkt en doen de gezondheid van de consument meer kwaad dan goed. Dat is het verdict uit het nieuwste onderzoek van Testaankoop. Daarmee bevestigt de consumentenorganisatie de conclusies uit een eerdere test in 2021.

Slecht nieuws voor veggieburgers. Hoewel ze de laatste tijd erg populair zijn en steeds meer opduiken in supermarkten, blijken ze minder gezond dan gedacht. Zo behaalden slechts drie van de twintig veggieburgers die getest werden door Testaankoop een hogere score dan 58 op 100. Die score werd berekend op smaak, samenstelling en verwerkingsgraad van de burgers. “Dat er slechts 3 burgers tot die categorie behoren is betreurenswaardig, zeker omdat in 2021 nog negen van de achttien geteste vegetarische burgers hoger scoorden”, stelt Laura Clays, woordvoerder van Testaankoop.

In meer dan de helft van de gevallen was het de samenstelling die voor een slechte score zorgde: te veel vet, te veel suiker of te weinig vitamine B12. “Daarom raadt Testaankoop af ze meer dan één keer per week te eten en ze aan te vullen met voedingsmiddelen die alle noodzakelijke voedingsstoffen leveren”, klinkt het bij de organisatie, die eraan toevoegt dat bepaalde informatie, zoals het vezelgehalte, op het etiket ontbreekt. 

"Fabrikanten voegen te vaak suiker, vet en additieven toe aan hun burgers om ze op smaak te brengen en de houdbaarheid te verlengen", vervolgt Laura Clays. "Als gevolg hiervan vallen vegetarische burgers onder de categorie van ultrabewerkt voedsel, dat in verband wordt gebracht met een hogere risico op kanker, hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en obesitas. Wij roepen producenten op hier meer aandacht aan te besteden, zodat mensen die kiezen voor een (meer) plantaardige levensstijl niet hoeven in te boeten op hun gezondheid."

De veggieburgers mogen dan wel erg bewerkt zijn, toch benadrukt Testaankoop dat het belangrijk blijft om te kiezen voor plantaardige alternatieven. "Consumenten kunnen daarbij best opteren voor veggieburgers met een hoge score of de voorkeur te geven aan eiwitten uit onbewerkte plantaardige voedingsmiddelen zoals peulvruchten, oliehoudende zaden, noten en granen", besluit de organisatie.