De Benelux-landen willen de mogelijkheden onderzoeken om de levenscyclus van producten te verlengen door criteria van herstelbaarheid te bepalen. De studie past binnen de concrete acties vande drie landen om te evolueren naar een circulaire economie.

Huishoudtoestellen zoals koelkasten, wasmachines of strijkijzers kunnen langer blijven functioneren indien bepaalde onderdelen eenvoudig te repareren zouden zijn. Nu moet de consument vaak in geval van panne het volledige toestel moeten vervangen. Volgens de ministers voor duurzame ontwikkeling van de drie landen bestaan vermoedens dat bedrijven bewust toestellen zo samenstellen dat ze niet al te lang meegaan of onbruikbaar worden. Verder kan een nieuw toestel goedkoop zijn maar een onderdeel heel duur. Vaak blijkt het toestel door de wijze van fabricage, helemaal niet meer te repareren. 

Circulaire Economie

Sinds het verdrag van Lissabon mag de Benelux op heel wat vlakken het voortouw nemen in de Europese Unie. De drie landen zijn een soort proeftuin geworden voor de unie en mogen afspraken maken die verder gaan dan de Europese. In dit geval willen ze een aanzet geven in het concreet maken van een circulaire economie in de Benelux-regio, die later eventueel uitgebreid wordt naar de hele EU.

Eind 2016 ondertekenden de drie landen een Benelux-richtlijn over de praktische toepassing van de circulaire economie. Ze g aan de komende vier jaar nauwer regionaal samenwerken en zo de transitie versnellen. Die richtlijn legt de focus op drie actiedomeinen, waarvan de studie er één was.

Eenvormige Benelux-criteria 

Het doel van deze studie is om repareerbaarheidscriteria voor producten te ontwikkelen die gelden in de ganse Benelux. Concreet zal men nagaan welke onderdelen van een toestel in aanmerking komen om gerepareerd te kunnen worden en dit vanuit technisch/economisch oogpunt. Het onderzoek zal nagaan welke onderdelen wel degelijk de levensduur verlengen; of de regels praktisch toepasbaar zijn voor de industrie; en hoe de markttoezichtautoriteiten de controles kunnen organiseren.

 

Meer lokale werkgelegenheid

Volgens Marie Christine Marghem, de Belgische minister van Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling, is de lancering van deze studie een belangrijke stap. “De levensduur van onze producten verlengen draagt niet alleen bij om grondstoffen en energie te besparen, maar ook aan het verminderen van onze ecologische voetafdruk. Het zorgt tevens voor meer lokale werkgelegenheid”, zegt ze.