Minister van Economie, Pierre-Yves Dermagne (PS) wil dat de kosten van elektronische betalingen worden beperkt tot 0,02 euro per transactie, tegenover 0,056 euro nu. Deze maatregel is bedoeld om detailhandelaren te ontlasten van een sterke toename van het gebruik van elektronische betalingen.

"Het voorstel tot wijziging van het Koninklijk Besluit tot vaststelling van een plafond voor kaartbetalingen werd gunstig onthaald door het Beperkt Ministerieel Comité (kern) op vrijdag 9 juni," kondigde Pierre-Yves Dermagne aan in een persbericht dat op zondag werd gepubliceerd. De vice-premier en minister van Economie wees erop dat de "aanzienlijke" toename van elektronische transacties door consumenten "de winsten en marges van banken heeft gestimuleerd". De heer Dermagne schrijft deze groei toe aan de toegenomen populariteit van dit betaalmiddel onder consumenten, maar ook aan de verplichting voor winkeliers om het te accepteren, evenals aan de vermindering van het aantal geldautomaten. "We kunnen ons niet langer verschuilen achter het feit dat er in België minder elektronische transacties zijn dan elders. Die tijd is voorbij", benadrukt de minister. "In Nederland ligt het plafond op 0,02 euro. Ik zou graag hetzelfde zien gebeuren in België, waar het plafond momenteel bijna drie keer hoger ligt, op 0,056 euro". Pierre-Yves Dermagne heeft hierover het standpunt gevraagd van de gouverneur van de Nationale Bank, Pierre Wunsch, de voorzitter van de FSMA, Jean-Paul Servais, Test-achats en Febelfin, en verwacht binnen de twee weken een antwoord. Ook de ontwikkeling van een prijsvergelijkingsinstrument voor aanbieders van elektronische betaaloplossingen wordt overwogen.

Een "globale" aanpak

Unizo, de vakbond van zelfstandige ondernemers in Vlaanderen en Brussel, reageerde maandag positief op het voorstel van minister Dermagne, al pleit de organisatie voor een "globale" aanpak die alle kosten van elektronische betalingen aanpakt. "Transactiekosten op bankniveau verlagen is één stap, maar we moeten vermijden dat we elders kosten doorberekenen of verhogen", benadrukt Danny Van Assche, hoofd van de federatie. Unizo wijst er inderdaad op dat de kosten van elektronische betalingen voor handelaars bepaald worden door drie factoren: de transactiekosten die de banken aanrekenen, de systeemkosten die vooral Visa en Mastercard moeten betalen en de verwerkingskosten die Wordline, CCV en Ogone aanrekenen.

Tot slot voegt Unizo ook toe dat, hoewel de meeste elektronische betalingen nog steeds met een bankkaart worden gedaan, er andere systemen bestaan die veel goedkoper zijn. Hoewel de oefening complex wordt gemaakt door het grote aantal verschillende methoden en prijsformules, schat de organisatie de kosten die een detailhandelaar betaalt voor een transactie van 20 euro op ongeveer 12 cent voor een betaling met Bancontact, 6 cent via Payconiq, 20 cent met een creditcard van Visa of Mastercard en 60 cent met American Express, Diners, enz. Tot slot merkt Unizo op dat een transactie met een maaltijdcheque ongeveer 20 cent kost, een ecocheque ongeveer 40 cent en een contante betaling in totaal 30 cent.