De Vlaamse consument blijft vasthouden aan thuislevering bij online bestellingen. Slechts één op de drie e-shoppers geeft aan zijn of haar pakje op te halen in een winkel of afhaalpunt, hoewel deze oplossing 60 à 80% duurzamer is. Vaker een beroep doen op afhaalpunten zou nochtans goed mogelijk zijn: ruim 80% van de online bestellingen zijn voor de consument niet dringend. Dit blijkt uit een enquête bij 700 e-shoppers die het Vlaams Instituut voor de Logistiek liet uitvoeren in het kader van het onderzoeksproject E-Green.

Samen met 13 webshops, handelaars en logistieke dienstverleners werd de milieu-impact van de e-commerce leveringen in kaart gebracht. Tevens werd gezocht naar manieren om ze op een duurzame(re) manier te organiseren. Uit de enquête blijkt dat de Vlaamse consument blijft vasthouden aan thuislevering bij online bestellingen. “Hij wenst zijn online bestelling thuis te ontvangen, liefst zonder meerprijs en zonder echt wakker te liggen van de milieu-impact van zijn bestelling. Slechts één op de drie e-shoppers geeft aan zijn of haar pakje op te halen in een winkel of afhaalpunt,” aldus Peter Lagey, die het VIL-project leidde.

De termijn waarop consumenten hun pakje ontvangen is voor hen veel minder van belang. Ruim 80% van de online bestellingen zijn voor de consument niet dringend zijn. “Dat de consument weinig belang hecht aan leveringstermijn mag enigszins verwonderen, want webwinkels vechten om marktaandeel met als belangrijkste onderscheidend criterium de leversnelheid en de prijs ervan. Dat de tijdsdruk voor de leveringen eigenlijk niet zo hoog is, zou het mogelijk maken om latere ‘uiterste moment van levering’ te hanteren. Het VIL onderzocht dan ook wat het effect daarvan zou zijn op kosten en milieu. Dit effect blijkt anders dan verwacht erg gering. Zelfs bij 5 dagen extra levertijd bedraagt de besparing slechts 9%.

 

Anderzijds wijst het feit dat de meeste leveringen eigenlijk niet dringend op mogelijkheden voor de afhaalpunten. Maar hoewel simulaties van kostprijs en CO2-uitstoot aantonen dat afhaalpunten gebruiken veel duurzamer is dan aan huis leveren, gebruiken weinig e-shoppers die afhaalpunten. “Indien 75% van de leveringen via afhaalpunten zou gebeuren i.p.v. via thuislevering, zou de kost- en milieuafdruk van de last mile dalen met 60 tot 80%,” aldus Lagey.

Sensibilisering

Volgens hem zouden de consumenten dus meer gesensibiliseerd moeten worden om minder te kiezen voor thuislevering, die zowel financieel als wat betreft milieu op langere termijn niet houdbaar is. “Door de hoge prijsgevoeligheid van de consument kan slimme prijszetting de klant sturen in de gewenste richting. Zo experimenteren de eerste webshops met gratis levering in een afhaalpunt of winkel, terwijl een kleine bijdrage moet worden betaald voor levering aan huis,” stelt hij.

Nog veel ‘(easy) wins’

In afwachting van een intenser gebruik van de afhaalpunten, moeten de pakjesbzorgers werken aan een meer duurzame organisatie van de leveringen. Een mogelijkheid is het bundelen van leveringen door verschillende bezorgers, zodat één enkele bestelwagen kan gebruikt worden. Dat blijkt enkel in landelijke gebieden zinvol. In de steden beschikken over voldoende volumes om hun routes op een efficiënte manier te organiseren. In meer afgelegen gebieden is de densiteit van de volumes lager, waardoor de kost en milieulast per pakje dubbel tot vier maal zo hoog ligt. “Hier kan samenwerking tussen koerierdiensten zeker wel winst opleveren,” stelt Lagey.

Ook het verplichten van de chauffeurs hun motor uit te zetten tijdens een levering zou een ‘easy win’ kunnen zijn. De meeste pakjesbedrijven vragen dat dit zou gedaan worden, maar in de praktijk gebeurt dit vaak niet. In stedelijk gebied met frequente stops leidt stationair draaien tijdens de levering tot meer dan een verdubbeling van de CO2-uitstoot per pakje.

“Nog beter is uiteraard de inzet van ecologische voertuigen. Veel van de 430.000 bestelwagens die op de Vlaamse wegen rijden is oud, vaak slecht onderhouden en stoten bijgevolg veel te veel roet en andere schadelijke stoffen uit. Binnen de stad zijn elektrisch ondersteunde bakfietsen en elektrische bestelwagens een alternatief, voor langere routes kiezen milieubewuste pakketbezorgers best voor CNG-aangedreven voertuigen die aan ongeveer gelijke kostprijs 12% minder CO2 en ruim 50% minder fijnstof en NOx uitstoten. Wie toch blijft diesel rijden, zet minimaal euro 5 voertuigen in,” klinkt het tot slot.

Dertien bedrijven werkten mee aan het project E-green. Deze zijn ASX-IBECO, Bubble Post, Colruyt, DHL Parcel, Dockx Logistics, Groep Heylen, Intervest, Kuehne + Nagel, Magellan Logistics, PostNL, Recupel, Telenet en Unigro