Unilever vraagt zijn leveranciers om meer duurzame chemicaliën voor schoonmaak- en wasmiddelen te produceren. Volgens het bedrijf bestaan er milieuvriendelijker alternatieven om vlekken op te lossen en de was een geurtje te geven.

De Brits-Nederlandse multinational Unilever wil de komende jaren alle ingrediënten die met fossiele brandstoffen worden gemaakt vervangen. Om de stap naar duurzame en biologisch afbreekbare chemicaliën mogelijk te maken, investeert Unilever de komende tien jaar 1 miljard euro. Daarbij geeft de onderneming naar eigen zeggen ‘een belangrijke boodschap’ aan haar leveranciers. ‘Als je door wilt met Unilever, moet je zorgen dat je je aansluit bij onze nieuwe visie van schoonmaken’, aldus directeur Peter ter Kulve in de Nederlandse krant Het Financieele Dagblad.

Om aan de benodigde ingrediënten voor zijn milieuvriendelijke wasmiddel te komen, is Unilever naar eigen zeggen bereid om traditionele chemiebedrijven in te ruilen voor biotechbedrijven. Het Amerikaanse Ginkgo Bioworks is een mogelijke partner, zegt directeur Ter Kulve. Dit biotechbedrijf waar voormalig Unilever-kopstuk Marijn Dekkers nu voorzitter is, specialiseert zich in synthetische biologie, waarbij wetenschappers cellen herontwerpen en nieuwe, gewenste eigenschappen geven. De grote investering past in het streven van het gehele voeding- en wasmiddelenconcern om te produceren zonder CO2-uitstoot. De CO2-afdruk van zijn schoonmaakdivisie moet fors nar beneden. Het bedrijf staat voor de uitdaging om in de toekomst meer duurzame grondstoffen te gebruiken.