Peeters-Govers, de grootste franchisenemer van Albert Heijn in ons land, wil een groter stuk van Vlaanderen veroveren. Dat zegt Jan Peeters in een interview met Gondola. “We hebben een concept dat werkt, dat hebben we bewezen in de Brusselse rand.”

Nadat het bedrijf drie winkels van Albert Heijn opende in de Brusselse rand kijkt Peeters-Govers nu ook naar Vlaams Brabant en Antwerpen om nog meer winkels te openen. Dat zegt Jan Peeters in een interview dat verschijnt in het volgende nummer van Gondola Magazine. “Ik geloof in onze formule en in lokale verankering. Wemmel was onze grote test in 2017. Daar hebben we getoond dat we uit onze comfortzone kunnen komen. De Kempen en Antwerpen kenden we al, en we zitten nu ook met drie winkels in de rand rond Brussel. Dat bevalt ons wel. Ik wil niet zeggen aan hoeveel winkels we uiteindelijk denken. Ik wil niet bij voorbaat al mensen doen steigeren. Maar het is duidelijk: we hebben ambitie. We hebben een concept dat heel goed werkt.”

Enkele jaren geleden kreeg Peeters-Govers onderdak bij Albert Heijn, wat hen volgens Jan Peeters toeliet om verder te groeien. “Albert Heijn heeft een backoffice die ongezien is in ons land en die voor ons nodig was om verder door te groeien. Mijn neef Wim en ik (samen de leiding van Peeters-Govers, red) zijn ambitieus. Wij wilden niet met één winkel genoegen nemen. Ik heb het geluk dat ik me minder met de dagelijkse gang van zaken bezig houd, hoewel ik dat ook graag doe, en me meer bezig hou met het nemen van strategische beslissingen en het inspireren van mensen.” Jan Peeters kreeg daarnaast samen met een bevriende zakenpartner de Nederlandse en Vlaamse franchise van KFC in handen.