Steeds meer wetten en regels worden op Europees niveau beslist of ingegeven door Europese richtlijnen. Het is daarom belangrijk dat de retail ook op dit niveau goed vertegenwoordigd wordt. Die taak wordt opgenomen door EuroCommerce, de Europese belangenorganisatie voor de sector. Wij spraken met directeur-generaal Christian Verschueren.

Wat is EuroCommerce juist?  

EuroCommerce is de overkoepelende organisatie en de belangrijkste stem voor retail en wholesale in Europa. We vertegenwoordigen alle retailkanalen, van de grote tot de kleine spelers, op Europees niveau. We hebben 90 leden, waaronder de nationale federaties zoals Comeos, de grootste ketens zoals Tesco, Ahold, Carrefour, Delhaize, Colruyt, en Ikea, maar ook de kleine winkeluitbaters en aangesloten federaties voor nichesectoren zoals bijvoorbeeld E-commerce Europe. Bovendien zijn wij de enige erkende sociale partner voor retail en wholesale op Europees niveau.

Wat doet de organisatie dan op dat niveau?

Wij zijn vooral bezig met communicatie en lobbywerk. We communiceren over de rol van retail en handel in onze samenleving en de bijdrage die de sector kan leveren inzake thema’s zoals duurzaamheid en innovatie, met name dank zij de digitalisatie van de sector en de daarbij veranderende consumentengedrag. Dat doen we op events, in onze eigen publicaties en media. Tegelijkertijd zetten we ons in voor een beleid en wetgevend kader dat retail en handel ondersteunt. Enerzijds informeren we de sector over het Europese beleid, anderzijds verdedigen we de belangen van de sector bij de Europese instellingen, stakeholders en media. Eén van de bekendste voorbeelden is de strijd tegen de verhoging van credit cards ‘fees’ voor retailers. Die heeft jaren aangesleept, maar nu is er een plafond op de tarieven tussen banken. Europa wil ook mee bepalen hoe de onderhandelingen in de ‘supply chain’ verlopen. Wij hebben als antwoord daarop het ‘supply chain initiative’ ingevoerd, dat vergelijkbaar is met het goed werkende ketenoverleg in België. Het ‘initiative’ legt enkele basisprincipes vast, zoals dat je producten niet unilateraal uit de winkel kan halen, en wordt gesteund door alle actoren uit de keten, van de boeren, tot de merken, de retailers en de producenten. Toch blijft er druk vanuit de landbouw uitgeoefend voor een wetgevend kader.

Hoe belangrijk is Europa voor retailers?

Als je weet dat 80% van de nationale wetgeving ondertussen ingegeven wordt door Europa, is dat niveau toch erg belangrijk voor de sector. Veel beslissingen inzake competitiviteit, handel, milieu, betalingen, voedselveiligheid, consumentenrecht, enz. worden genomen op Europees niveau en gaan de retail rechtstreeks aan.

Europa gaat het VK verliezen als lidstaat. Wat zijn de gevolgen voor de retail?

We tellen de grote Britse retailers zoals Tesco en Marks & Spencer tot onze leden. Zij blijven voorlopig gewoon lid, en op termijn, met het VK buiten de Unie, zullen zij alleen op EuroCommerce kunnen steunen om beleid te kunnen beïnvloeden. Maar er is nog geen exit, en het kan gemakkelijk nog zes maanden duren voor die in gang gezet wordt. Eens dat gebeurd is kan het nog zeker twee jaar duren. Er is veel onzekerheid, maar op korte termijn verandert er niets voor de Britse retailers, behalve dat het pond enorm gedaald is.

Heeft een Britse exit dan geen gevolgen?

Jawel, op lange termijn zullen de effecten groter zijn. De daling van het pond zal een effect hebben op de Britse prijzen de komende maanden, wat op zijn beurt een invloed op de consumptie kan hebben en de import duurder kan maken. Veel hangt af van het type deal dat het VK met Europa sluit. Dit alles brengt veel onzekerheid met zich mee voor de Britse retailers. Hun prioriteit momenteel is bepalen wat het effect op hun supply chains is. Dat ze zich daarop moeten concentreren, betekent dat ze minder aandacht kunnen besteden aan de ‘core business’ van de retailer: de klant tevreden stellen. Retailers staan wel bekend om hun weerbarstigheid. Het is een sector die er altijd in slaagt om snel terug op zijn voeten terecht te komen door zich aan te passen.

De Europese retail wordt niet getroffen?

Voor Europese retailers in het Verenigd Koninkrijk, zoals Aldi, Lidl, Ikea, en bv.  de Duitse exportindustrie, is een brexit natuurlijk wel belangrijk. Volgens eerste analyses zal echter vooral de voedingsindustrie getroffen worden: het VK is een belangrijke exportmarkt voor o.a. België. Maar dé grootste impact is het verlies van de Britse stem in Europa. Dat was altijd een liberale stem voor innovatie, digitalisering en vrijhandel. Het Verenigd Koninkrijk loopt altijd enkele jaren voor op het continent wat betreft nieuwe retailtrends zoals e-commerce. Dan is er nog de impact op de economie. Het vertrouwen in het Europees project is deels beschadigd, wat een negatieve impact kan hebben op de euro en op het consumentenvertrouwen.

Ondertussen zien we ook EU-lidstaten naar protectionistische regels grijpen…

Er worden inderdaad meer en meer arbitraire protectionistische regels ingevoerd. Polen heeft een progressieve taks op grote retailers ingevoerd: hoe hoger de omzet, hoe meer ze belast worden. Zo wil de overheid de lokale spelers beschermen en de internationale retailers wegjagen. Daar zijn ze in Hongarije ook al jaren mee bezig. In Roemenië is er dan net weer een wet gestemd die bepaalt dat 51% van de voeding afkomstig moet zijn uit Roemenië. Dat staat haaks op het principe van de eenheidsmarkt. Dan zijn er nog de Franse regels om het land van oorsprong op vleesproducten te vermelden, wat erop neerkomt dat buitenlandse producten eigenlijk gestigmatiseerd worden. Wij zijn niet tegen positieve initiatieven zoals het aanduiden van de herkomst van Belgisch vlees, maar de Franse wet belemmert de open concurrentie. Wij steunen de Europese retailers in het gevecht tegen protectionisme. Wij vechten voor de open markt. EuroCommerce is de grootste fan van de eenheidsmarkt, maar tegelijkertijd ook haar grootste criticus. Als iets niet werkt, zijn we er ook hard voor.

Een ander wederkerend Europees probleem zijn de lage prijzen voor  landbouwproducten. Hoe kijkt EuroCommerce daar naar?

Bij de discussie rond de vlees- en melkprijzen wordt snel naar de retail gewezen als grote schuldige, maar men vergeet daarbij vaak dat de verwerkende industrie de eerste afnemer is, en vaak een veel grotere marge heeft dan de retail. Bovendien werken melkprijzen globaal. Het is dus niet allemaal de schuld van de retailers. Natuurlijk willen wij zo goedkoop mogelijk inkopen maar door melk met meer regels duurder te maken zal de boer niet beter af zijn. Melkveehouders zouden moeten focussen op waarde creëren en goede lange termijnsamenwerkingen met producenten en retailers opzetten. In Polen verkoopt Carrefour bijvoorbeeld koekjes van een kleine Franse producent, die daar anders nooit was geraakt. In hetzelfde land werkt Lidl met Pools leveranciers, die ze vaak ook meenemen naar andere landen. De landbouwers moeten de markt beter leren begrijpen en zich professionaliseren. Meer regels is niet het antwoord, want dat leidt niet tot een meer open en dynamische economie. We hebben innovatie nodig, geen restrictie want dat werkt niet. Niet voor de economie en niet voor de consument. 

Waar liggen de Europese retailers naast bovenvermelde problemen van wakker?

Een fundamentele trend in de sector is de digitalisering. Enerzijds veranderen de technologische mogelijkheden, anderzijds veranderen de consumentengewoontes, wat de manier hoe handel gedreven wordt helemaal verandert. De vraag of hun bedrijf klaar is voor de digitalisering en zal stand houden, dat is de grootste zorg van retailers op dit moment.