De e-commerce in Europa groeit stevig. Volgens de Global Ecommerce Association groeit de markt dit jaar met 19%. Dat is maar net iets minder dan Azië, het continent waar de groei het grootst is (20%).
In het Global Ecommerce Report 2017 maakt de wereldwijde vereniging van e-commerce bedrijven, de Global Ecommerce Association (GEA), een analyse van de sector. En die laat enkele opvallende evoluties zien. De opvallendste is ongetwijfeld de boom die de sector kent in Azië en Europa. Vooral in de Europa is de evolutie (+19%) opmerkelijk, omdat de penetratiegraad van internet hier een stuk groter is dan in Azië, dat op dat vlak wel aan een inhaalbeweging bezig is. De logica is simpel: hoe meer internetgebruikers, hoe groter de markt voor de e-commerce. Europa heeft de grootste penetratiegraad voor internetgebruikers (80,5% op totale bevolking), gevolgd door Noord-Amerika (74,%). Ondanks dat hoog cijfer groeit de e-commerce in Europa stevig: een aanwijzing dat de sector in het oude continent nog groeimarge heeft.
China grootste slokop
De globale groei van e-commerce is vooral te wijten aan het stijgende aantal vaste breedbandverbindingen, die e-commerce mogelijk maken en het groeiende aantal consumenten in Azië en Australië. Tegelijk stijgt in Azië en dan vooral China de economische welvaart. Vijf jaar geleden bedroeg de omzet van de globale e-commerce nog maar 830 miljard dollar, dit jaar moet dat volgens de voorspellingen van de GEA stijgen naar 1,84 biljoen dollar. Azië en Australië nemen het grootste deel van die voorspelde omzet voor hun rekening: 875 miljard dollar. Daarna volgen Europa (472 miljard dollar) en Noord-Amerika (458 miljard dollar). Op landniveau is China de grootste slokop (682 miljard dollar), gevolgd door de Verenigde Staten (438 miljard dollar).
Mode op kop
Een ander cijfer dat aangeeft hoe belangrijk e-commerce is in Europa: de sector zorgt op het continent voor 4,91% van het Bruto Nationaal Product. Dat is een pak hoger dat in Noord-Amerika (2,21%), maar zit in de buurt Azië en Australië (4,87%). De Europese consument koopt online het vaakst mode (46%), tickets (39%), speelgoed en games (34%) en digitale entertainmentproducten (32%).
Uit het Global Ecommerce Report blijkt ook dat de uitgaven van de e-shopper elk jaar stijgt. Niet alleen het aantal e-shoppers stijgt, ook wat ze uitgeven gaat de hoogte in. In 2015 gaf de online shopper gemiddeld 1.302 dollar uit op een jaar. Volgens de voorspellingen van de Global Ecommerce Association loopt dat dit jaar op tot 1.425 dollar. In Europa gaf de e-shopper gemiddeld 1.633 dollar uit in een jaar, dit jaar wordt dat 1.867 dollar.
Prijs het belangrijkst
Wie online koopt, is heel prijsbewust. In Europa geloven 58% van de e-shoppers dat je online een betere prijs kan vinden voor wat je zoekt. Globaal is voor 57% van de online shoppers de laagste prijs vinden het belangrijkste criterium bij het online shoppen. De argumenten om online te shoppen blijven dezelfde: je kan het op elk moment doen, je kan makkelijk prijzen vergelijken, je vindt betere prijzen, je bespaart tijd en het is comfortabeler. Vertrouwen blijkt de grootste struikelblok om meer aankopen te doen. Ook het verwerken van persoonlijke gegevens houdt veel mensen terug om meer online te shoppen.
Nog veel potentieel
Conclusie? E-commerce boomt, maar heeft nog veel groeimogelijkheden. “Ondanks alles maakt e-commerce maar een klein deel uit van de totale retailverkoop. Er is dus nog een groot groeipotentieel”, zegt Renaud Marlière, chief marketing & sales officer van Asendia, dienstverlener van e-commerce en postbezorging. “Er zijn ook risico’, zeker wanneer het aankomt op het leveren van de goederen die klanten kopen. Meer zelfs: de top drie van meest voorkomende klachten hebben allen te maken met de levering van goederen. Snelheid is belangrijk, maar niet het belangrijkste voor veel klanten, al spelen veel e-commercebedrijven daar wel op in. Ze willen vooral controle over hoe, wanneer en waar hun aankopen geleverd worden. Ze willen dat bedrijven daar flexibel in zijn.”