Onverwacht laat Nederland met een tweede opeenvolgende kwartaal van negatieve groei in een recessie beland. Onder meer tegenvallende consumptie ligt aan de basis. 

De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal van 2023 met 0,3% gekrompen, blijkt uit de driemaandelijkse update van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In het eerste kwartaal ging het bruto binnenlands product (bbp) er al met 0,4% op achteruit. Economen gingen nochtans uit van een lichte groei. Het financiële persbureau Bloomberg hield rekening met een stijging van het bbp met 0,2%. Het CBS schrijft de krimp vooral toe aan de daling van de export met 0,7%, maar ook aan de tegenvallende consumptie van Nederlandse gezinnen. Die slonk met 1,6%, een pak meer dan verwacht en meer dan de daling in het eerste kwartaal (-0,2%). Nederlanders besteedden minder in zowel het binnen- als het buitenland en de binnenlandse consumptie van voedsel, drank en tabak ging omlaag. Nederland volgt daarmee met enige vertraging het voorbeeld van Duitsland, dat begin dit jaar in een recessie dook en het afgelopen kwartaal opnieuw een nulgroei liet optekenen. Nederland en Duitsland zijn de belangrijkste handelspartners van België. Ons land kende in het tweede kwartaal wel een heel beperkte groei van 0,2%. Ook de Franse (+0,5%) en de Britse economie (+0,2%) knoopten in het afgelopen lentekwartaal aan met groei. Hoopgevend is dat de recessie licht is en er door de krappe arbeidsmarkt geen verdere krimp verwacht wordt.