In de Belgische voedingswinkels zijn geen abnormale stijgingen in prijzen genoteerd, blijkt uit de eerste controle van het Prijzenobservatorium. Dat meldt minister van Economie Pierre-Yves Dermagne (PS), die opdracht gaf voor het onderzoek.

De voedingsprijzen in ons land stijgen niet sneller dan in buurlanden. Dat blijkt uit een onderzoek van het Prijzenobservatorium naar de prijsevolutie van tien productcategorieën. Het ging om brood en bakkerijproducten, pasta, melk, rundvlees, varkensvlees, charcuterie, kaas, melk en suiker. De prijs van die producten in de supermarkt werd vergeleken met die in Nederland, Duitsland en Frankrijk. De voedingsinflatie is in ons land al sinds vorig jaar heel hoog, maar ongewone stijgingen zijn er niet, meldt Dermagne nu. Hij gaf opdracht voor het onderzoek. Sinds begin 2022 gaan de voedingsprijzen in België, Frankrijk, Duitsland en Nederland in ongeveer dezelfde mate de hoogte in. In Duitsland ging de stijging het snelst, in Frankrijk het traagst. België en Nederland zitten tussen die twee landen, op ongeveer hetzelfde niveau. De prijsstijging voor vlees en suiker ging bij ons trager dan in de buurlanden. Op langere termijn zijn de prijzen in ons land zelfs een pak minder gestegen dan in Nederland en Duitsland. Tussen 2016 en 2022 stegen de prijzen van voedsel en dranken in Belgische supermarkten met ruim 15%, in Duitsland en Nederland was dat respectievelijk 26,4 en 21,2%. De Belgische Mededingingsautoriteit kan beslissen om bij abnormale prijsevoluties maatregelen te nemen, zoals het plafonneren van prijzen, maar zal dat op basis van deze gegevens hoogstwaarschijnlijk niet doen. De partij van de minister van Economie had een wetsvoorstel om de prijzen te blokkeren, maar daar is geen meerderheid voor. Het onderzoek van het Prijzenobservatorium geeft de minister ook geen munitie om dat voorstel door te drukken. In Frankrijk kwam er wel een maatregel om de stijgende voedingsprijzen onder controle te houden: er kwam een plafond voor de prijzen van 5.000 producten.