In België werd vorig jaar bijna 370.000 m² retailoppervlakte verhandeld. Dat is een stijging met een kleine 1% tegenover 2015. In Vlaanderen is er sprake van een daling van de opname met 14%. Wallonië deed het daarentegen zeer goed, met een stijging met 41%. In Brussel was er een lichte stijging (+4%).  De zeer lichte stijging van de totale markt was te danken aan de shoppingcentra.

Dat blijkt uit het trendsrapport 2017 van vastgoedmakelaar Hugo Ceusters. De opname in het segment van de shoppingcenters is in 2016 meer dan verdubbeld ten opzichte van 2015, naar een oppervlakte van 89.000 m². “Dat verklaart meteen ook de goede cijfers van Wallonië en Brussel: daar zorgden nieuwe shoppingcentra (die de deuren al openden of dat doen in 2017) voor een verhoogde dynamiek in de markt”, aldus het rapport. Daarbij worden de voorbeelden gegeven van Docks Bruxsel, Rive Gauche en de uitbreiding van Grands Prés in Bergen.

Over heel België werd de totale oppervlakte in shoppingcenters en retailparken vorig jaar zelfs met 270.000 m² uitgebreid. Volgens de makelaar is dat het equivalent van vier keer Uplace of vijf keer Wijnegem. Daarnaast kwamen er maar liefst 21 nieuwe retailparken (of uitbreidingen ervan) bij.

 

Prijzen stabiel

Ook de prijzen voor retailvastgoed zijn min of meer stabiel gebleven. Op gegeerde baanwinkellocaties en in topwinkelstraten zijn ze lichtjes gestegen. De duurste straten blijven de Nieuwstraat in Brussel en de Meir in Antwerpen, met in beide gevallen 1.900 m² huurprijs per m².

Hugo Ceusters stelt tevens vast dat een aantal retailers van de Belgische markt zijn verdwenen, zoals Marks & Spencer, Appel’s, Cortefiel en Charles Vögele. Er zijn ook enkele spelers bijgekomen, zoals Kiabi, Jysk, Kiko en NYX.

 

Moeilijker

In het rapport wordt ook gekeken naar trends. “De duidelijkste, over alle retailsegmenten heen, is dat de transacties in verhouding tot vorige jaren vandaag veel meer voeten in de aarde hadden op het moment dat ze besloten werden”, klinkt het.

Eigenaars moeten vaak een huurvrije periode over hebben of een systeem met getrapte huur voor zij een overeenkomst kunnen afsluiten. “Ook in retailparken moeten dossiers diepgaander onderbouwd worden om huurders over de streep te trekken, terwijl vroeger de locatie voor zich sprak”, luidt het nog.

En in de steden is er een steeds grotere polarisatie tussen de A-steden – die in trek blijven bij de retailers – en de B-steden, die het merkbaar moeilijker hebben. Toch was er voor die laatsten tijdens de tweede helft van 2016 een licht hersteld vastgesteld.