De transporteursorganisatie Transport en Logistiek Vlaanderen (TLV) heeft klacht ingediend tegen Bringr en Vengo. Volgens de beroepsvervoerders bezondigen beide de platformen of hun gebruikers zich aan een hele reeks inbreuken.

“Recent werden onder het modewoord ‘deeleconomie’ twee applicaties gelanceerd, Bringr en Vengo. Beide toepassingen hebben gemeen dat ze de ambitie hebben om van zowat iedereen een vervoerder te maken. TLV was bezorgd over die initiatieven en heeft dan ook een onderzoek uitgeoefend naar de activiteiten,” zegt Lode Verkinderen, secretaris-generaal van de organisatie. Volgens hem is de markt van het goederenvervoer over de weg is een vrijgemaakte maar streng gereglementeerde markt. “Belgische vervoerders en tussenpersonen moeten voldoen aan een reeks van strikte en terechte eisen. Wij dienen klacht in tegen deze webapplicaties omdat aan die voorwaarden klaarblijkelijk niet is voldaan,” zegt hij.

Vergunningen

Volgens Verkinderen bezondigen Bringr en Vengo zich aan talrijke inbreuken. Zo zouden zij diensten in het goederenvervoer als tussenpersoon aanbieden zonder over de vergunning van commissionair (red. erkende tussenpersoon) te beschikken. Ook treden ze op als opdrachtgever zonder zich te verzekeren dat de vervoerder de nodige vergunningen heeft. Zo’n vergunning is wettelijk van toepassing op alle motorvoertuigen met een laadvermogen van meer dan 500kg (dus eigenlijk alle bestelwagens en zowat alle personenwagens). Zonder transportvergunning is het verboden om tegen betaling goederen te vervoeren.

BTW

Volgens TLV maken Bringr en Vengo zich ook schuldig aan het omzeilen van verplichtingen inzake de BTW. “De aanbieders vergeten (bewust?) elke verwijzing naar BTW en schijnen geen toepassing te maken van de BTW-verplichting op goederenvervoer,” aldus Verkinderen. Nog een inbreuk is volgens TLV het negeren van de verplichting dat wie een economische activiteit uitoefent, zich als handelaar moet registreren. “Met name het feit dat minstens één applicatie werklozen suggereert om hun uitkering te combineren met betalend vervoer is ook nog eens wraakroepend. Het is ook heel vreemd aangezien het om Bringr gaat, een bedrijf dat als dochter van bpost door de federale overheid wordt gecontroleerd,” stelt Verkinderen vast.

Schijnzelfstandigheid

Wat hem ook tegen de borst stuit, is dat de prijs voor het transport klaarblijkelijk door de tussenpersoon zelf wordt vastgelegd, en niet door de aanbieder van de vervoersdienst. “Dit is een aanfluiting van de vrije prijszetting door de vervoerder die de operationele kosten moet dragen. Indien iemand systematisch voor de dienst zou werken, is er mogelijk sprake van schijnzelfstandigheid en dus ontduiking van de arbeidswetgeving,” klinkt het verder.

 

Gebruikers onvoldoende beschermd

Tot slot stelt Verkinderen dat bestemmelingen en verzenders van goederen niet beschermd zijn tegen gelijk welke schade zodra die meer dan 500 euro bedraagt. “In veel gevallen betekent dit een ontduiking van wettelijke verplichtingen uit het CMR-verdrag,” zegt hij. Dat verdrag regelt de rechten en plichten in het wegvervoer in Europa. Verkinderen benadrukt dat TLV voorstander is van de toepassing van moderne technologie. “Vervoerders staan te springen om hun prestaties te verbeteren met behulp van nieuwe applicaties. Maar ze zijn absoluut niet bereid om af te dingen op de garanties die ze al sinds jaar en dag bieden,” stelt hij.