Maakten voedingsbedrijven van de hoge inflatie gebruik om hun winst te vergroten? In België is daar over het algemeen geen sprake van, zegt de Nationale Bank. De meeste bedrijven zagen hun kosten meer stijgen dan hun winst.

“Graaiflatie is geen wijd verspreid fenomeen”, is het oordeel van de Nationale Bank in een blogpost. Verreweg de meeste Belgische bedrijven zagen hun kosten vorig jaar sterker stijgen dan hun opbrengsten, stellen economen Gert Bijnens, Cédric Duprez en Jana Jonckheere vast. De drie economen maakten voor hun analyse gebruik van de btw-aangiftes en de gegevens van de sociale zekerheid en bekeken in totaal 105.000 bedrijven. Over het algemeen was er geen graaiflatie, maar sommige sectoren slaagden er wel in hun winstmarge te vergroten. Dat was bijvoorbeeld het geval in de staalsector en het transport over zee, en in de sectoren ‘accommodatie’ (hotels, campings) en elektriciteit. “De conclusie is dat de prijzen vooral gestegen zijn doordat de aankoopkosten omhooggingen”, zegt Gert Bijnens. “In de hele waardeketen moesten bedrijven die hogere kosten doorrekenen in hun prijzen. Dat speelde een grotere rol dan de lonen. De winsten gingen in zo goed als alle sectoren naar beneden. In België zijn er op basis van onze cijfers geen aanwijzingen dat de winsten de inflatie hebben aangejaagd.”

Het idee dat graaiflatie een realiteit is of was, leefde sterk, zeker nadat de Europese Centrale Bank er in het voorjaar aandacht ging aan besteden en vaststelde dat sommige bedrijven wel degelijk hun winst opvoerden onder het mom van inflatie. “Stijgende bedrijfswinsten staan in voor ongeveer de helft van de extra inflatie over de afgelopen twee jaar, doordat bedrijven de prijzen sterker verhoogden dan de kosten van de geïmporteerde energie rechtvaardigden.” Dat de situatie in België daar van verschilt, heeft wellicht te maken met de automatische indexering, die ervoor zorgde dat de lonen stegen en de winstmarge van bedrijven afnam. Er is mogelijk ook een verschil tussen KMO’s en grote voedingsbedrijven, die door hun dominante positie wel in staat waren de winstmarges op te drijven.