Een recente enquête uitgevoerd door Unizo toont aan dat het aantal zelfstandigen van buitenlandse origine permanent de hoogte ingaat, de laatste 10 jaar met maar liefst tien procent. In Brussel is één zelfstandige op drie een niet-Belg. Onze hoofdstad telt dan ook het meeste ondernemers van buitenlandse origine in vergelijking met andere delen van het land. 34% hebben er niet de Belgische nationaliteit. Ter vergelijking: in Wallonië en Vlaanderen is dat gemiddeld 6 à 7%. Andere grote steden zoals Antwerpen tellen ook veel niet-Belgische ondernemers. Vooral het aantal Roemenen en Bulgaren steeg spectaculair, van 275 in 2001 naar 13.600 in 2011.

Vandaag de dag hebben ongeveer 20% van de personen die een zelfstandige activiteit opstarten in België niet de Belgische nationaliteit. In Brussel is dat meer dan één op twee. Waar het aantal niet-Belgische zelfstandigen een stijging kent van 69%, kende het aantal zelfstandigen met de Belgische nationaliteit slechts een stijging van 16,6% sinds 2001. 57% van de buitenlandse zelfstandigen komen uithet oude Europa, de landen van de EU voor 2004. Zij zijn het meest aanwezig, hoewel hun aantal gestaag daalt. De omgekeerde tendens zien we voor de nieuwe landen van de EU, zij vertegenwoordigen 25%, in 2001 was dat nog maar 3%.

De buitenlanders uit het ‘oude’ Europa zijn vooral aanwezig in commerciële en industriële sector. De nieuwkomers zijn actief in de industriële- en bouwsector, maar heel weinig in de commerciële. 'Toch is die toename geen reden tot euforie', zegt Unizo. 'Na drie jaar heeft 42 procent van die zelfstandige Roemenen en Bulgaren geen enkel inkomen uit hun zelfstandige activiteit in hoofdberoep. Ofwel geven ze niet alles aan, ofwel maken ze zeer veel kosten, ofwel hebben ze effectief niets', aldus Unizo. 'Vermoedelijk is het zelfstandigenstatuut voor een deel van die groep een formeel scherm waarachter een informele economie of een simpele vraag voor een verblijfsvergunning schuilgaat', zegt Unizo-topman Karel Van Eetvelt.